SV | En David sloeg hen van de schemering tot aan den avond van hunlieder anderen dag; en er ontkwam niet een man van hen, behalve vierhonderd jonge mannen, die op kemelen reden en vloden. |
WLC | וַיַּכֵּ֥ם דָּוִ֛ד מֵהַנֶּ֥שֶׁף וְעַד־הָעֶ֖רֶב לְמָֽחֳרָתָ֑ם וְלֹֽא־נִמְלַ֤ט מֵהֶם֙ אִ֔ישׁ כִּי֩ אִם־אַרְבַּ֨ע מֵאֹ֧ות אִֽישׁ־נַ֛עַר אֲשֶׁר־רָכְב֥וּ עַל־הַגְּמַלִּ֖ים וַיָּנֻֽסוּ׃ |
En David sloeg hen van de schemering tot aan den avond van hunlieder anderen dag; en er ontkwam niet een man van hen, behalve vierhonderd jonge mannen, die op kemelen reden en vloden.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En David sloeg hen van de schemering tot aan den avond van hunlieder anderen dag; en er ontkwam niet een man van hen, behalve vierhonderd jonge mannen, die op kemelen reden en vloden.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!